‘Zal ik die filmscore anders even opzetten? Je moet het echt een keer horen,’ vraagt Ella van der Woude wanneer we haar spreken in haar Amsterdamse paleisje. De mystieke klanken van Jozef van Wissems en SQÜRLs score voor Only Lovers Left Alive dalen neer over de woonkamer die vol staat met instrumenten en opnameapparatuur. De kast is gevuld met een verzameling stenen, boeken en foto’s van bergen. Want hoewel haar accentloze Nederlands anders doet geloven, is Ella’s moedertaal Frans en groeide ze op in een klein dorpje in de Zwitserse Alpen, omringd door niets anders dan de stilte van de rotspartijen.
Blikvangers
Componist Ella van der Woude (Take Me Somewhere Nice): ‘Ik laat de film graag uitpraten’

In Blikvangers praten we in samenwerking met VERS met de nieuwe makers van Cineville over hun werk en hun filmliefde. Voor deze editie luisterden we naar muziek met componistElla van der Woude (Instinct, Take Me Somewhere Nice) en hadden we het over horror, bergen en gluren door het sleutelgat. Take Me Somewhere Nice is nu te zien op Vitamine Cineville.

Instinct
Instinct is het regiedebuut van Halina Reijn. Met Carice van Houten en Marwan Kenzari in de hoofdrol.
Ella kwam naar Nederland om te studeren aan het Conservatorium van Amsterdam, maar vooral ook uit nieuwsgierigheid naar het land waar haar vader vandaan komt. ‘Ik voelde altijd dat ik niet helemaal Zwitsers was, er was altijd een deel van mij dat daarbuiten hoorde. Dat deel wilde ik op mijn achttiende gaan onderzoeken.’ Ze leerde de taal en was tijdens haar bachelor al een succesvolle muzikant. Zo verzorgde ze met haar toenmalige band Houses het voorprogramma van Hooverphonic, bracht ze muziek uit en speelde ze in grote venues. Maar aan dat succes kleefden ook minder leuke kanten. ‘Eigenlijk vond ik het componeren altijd het leukste aan muzikant zijn. Maar als je popmuziek maakt, ligt de nadruk veel meer op wat daarná komt. Het optreden, de zakelijke kant, het reizen. Ik wilde me eigenlijk meer verdiepen in de muziek zelf en kwam zo bij de master Compositie voor Film terecht. Dat bleek een goede keuze te zijn.’
Bij iedere film waar ik aan meewerk, heb ik het gevoel alsof ik het voor het eerst doe
Hoe goed die keuze was blijkt inderdaad uit het feit dat Ella inmiddels verschillende filmscores op haar naam heeft staan, waarvan je er vast wel één of meerdere kent. Denk aan festivalknaller Take Me Somewhere Nice (2019) van Ena Sendijarević, de indrukwekkende documentaire Stranger in Paradise (2016) van Guido Hendrikx en het net verschenen regie-debuut van Halina Reijn, Instinct (2019). ‘Bij iedere film waar ik aan meewerk, heb ik het gevoel alsof ik het voor het eerst doe. Ik moet de muziek telkens opnieuw uitvinden. Maar als je een score maakt is het vooral heel belangrijk dat je empathisch bent naar de karakters van de film. Ik ben niet judgemental, ik laat de film graag uitpraten.’
Stiekem meekijken
Hoewel muziek haar eerste grote liefde was, heeft film altijd een bijzonder plekje in haar hart gehad. ‘Grappig genoeg juist omdat het voor mij als kind iets heel uitzonderlijks was. Ik ben opgegroeid zonder tv, in een super klein dorpje dat altijd uitkeek op dezelfde twee bergen. Heel soms gingen we naar de bioscoop. Ik weet nog goed dat de eerste film die ik zag The Lion King (1994) was. Juist omdat we in een omgeving woonden waar weinig gebeurde, hebben alle films die ik te zien kreeg mega veel impact op me gehad. Ik was helemaal niets gewend.’

The Shining is ondraaglijk eng als je als klein kind door een sleutelgat meekijkt
‘Dat veranderde een beetje toen mijn broer op een gegeven moment een klein tv’tje op z’n kamer kreeg. Zo’n klein ding met een vhs-speler. Ik had vanaf mijn kamer via het sleutelgat precies zicht op het tv-scherm, en keek nachten lang stiekem mee met de films die hij keek. Hij was veel ouder, dus ik was voor de meeste films veel te jong. Er was een nacht dat hij The Shining (1980) keek*.* Die film is me bijgebleven omdat het echt ondragelijk eng was, zeker als je als klein kind door een sleutelgat vanuit een donkere kamer meekijkt.’

Nachtelijke vrijheid‘Er kwam een tijd dat ik toe was aan iets anders. Ik ben dan ook heel blij dat ik naar Nederland ben gekomen. Maar soms heb ik wel moeite met de snelheid van mijn leven hier. Je hebt producenten die nog snel even bellen voor dingen, ik heb altijd veel dingen tegelijk lopen en met die stress in je hoofd componeren is erg ingewikkeld. Een tijdje werkte ik veel ‘s nachts. Dat gevoel dat je opgejaagd wordt door de tijd is dan weg. Je hebt niet het idee: oh het is bijna lunchtijd of ik moet nog snel even langs de supermarkt. Of het nou twee uur of drie uur ‘s nachts is maakt niet uit, alles om je heen staat stil.’
Eigenlijk ben ik nog steeds een bergenmens
‘Uiteindelijk is dat natuurlijk niet vol te houden, en toch blijft de nacht een enorme aantrekkingskracht voor mij hebben. Maar in plaats van dat ik nu nachten lang doorwerk, probeer ik die nachtelijke vrijheid kunstmatig in de dag in te brengen. Ik probeer nu altijd een soort van harde cut te maken om de dag te beginnen. Telefoons uit, mediteren en dan aan de slag. Maar ik ben nog steeds erg zoekende naar rituelen en hoe ik mijn leven zo moet indelen dat de creativiteit meer kan stromen. Eigenlijk ben ik nog steeds een bergenmens. De rust en de natuur blijven een hele goede bron voor het schrijven.’

Een playlist
‘Ik laat me ook inspireren door bestaande muziek en scores. Als je aan een film werkt en je praat met de regisseur, dan moet je jezelf enigszins beperken. Want als je de hele muziekgeschiedenis openhoudt als optie, dan kom je nergens. Dus meestal ga ik al research doen en maak ik een playlist met muziek die resoneert met de film. En dan hebben we het erover, maken we een palet en van daaruit ga ik aan de slag.’
‘Rondom Instinct heb ik bijvoorbeeld veel geluisterd naar de saxofonist Colin Stetson. Zijn score voor de horrorfilm Hereditary (2018) heeft echt heel veel indruk op mij gemaakt. Ook heeft hij een plaat gemaakt met Sara Neufeld die voor mij al de perfecte score voor Instinctwas. Dat was wel intimiderend, omdat je dan al helemaal aan het begin van het proces het idee hebt dat het moeilijk te overtreffen is. Maar die gedachten moet je zoveel mogelijk proberen te vermijden en los te laten. Meestal laat ik die playlist na een paar keer luisteren ook weer expliciet los en begin ik te schrijven.’‘In muziek hou ik van een simpele taal. Ik vind het fantastisch als iets heel kleins heel veel kan vertellen. Paris, Texas (1984) van Wim Wenders vind ik daar een geweldig voorbeeld van. Het is zo duidelijk en simpel. Of de score van Jim Jarmusch’ Only Lovers Left Alive (2013) die nu op staat, waarin de Nederlandse luitspeler Jozef van Wissem een heel bijzondere sfeer weet neer te zetten.’

Duivelsverhalen
‘Ik heb eigenlijk helaas niet genoeg tijd om films te kijken, al vind ik het ook heel inspirerend en ontspannend om naar de bios te gaan. Gräns (2018) bijvoorbeeld vond ik een geweldige film. Ik zat zo in het verhaal en had er zo veel over nagedacht dat ik helemaal niet op de score heb gelet. Kun je je voorstellen! Want vaak ga ik naar een film speciaal om naar de score te luisteren.’

Gräns
Een genremix van regisseur Ali Abbasi en scenarist John Ajvide Lindqvist, de schrijver van Let the Right One In.
‘Wat mij ideaal lijkt is om één of twee mooie films per jaar te scoren en de rest van de tijd met mijn eigen muziek bezig te zijn. Ik vind samenwerkingen met muzikanten die ik erbij betrek heel tof om te doen. Ik probeer zoveel mogelijk organische elementen op te nemen in mijn muziek en zij kennen hun instrumenten zoveel beter dan ik. Je krijgt als componist een projectprijs die je naar eigen inzicht kan invullen, dus je hebt de ruimte om muzikanten in te huren. Dat is heel erg leuk, maar die vrijheid is soms toch ook wel verraderlijk, omdat je moet opletten dat je zelf ook nog wat overhoudt.’
In horrorfilms komen scores pas echt tot hun recht
‘Ik zou me in de toekomst meer met horrorfilms bezig willen houden. Daarin komen scores pas écht goed tot hun recht. Het liefst horror met kinderen zoals in Let The Right One In (2010) of andere vampierfilms. Ook ben ik tegenwoordig veel aan het lezen over het gebied waar ik vandaan kom. Er zijn daar heel veel duivelsverhalen, die ik heel fascinerend vind. Ik dacht altijd dat ik qua componeren een voorkeur had voor documentaires, omdat je dan te maken hebt met echte verhalen. Maar voor muziek is het eigenlijk heel leuk om de fictie in te gaan, omdat je dan helemaal zelf een wereld kan creëren. Met documentaire moet je altijd oppassen dat je het niet te veel inkleurt, terwijl de taal in bijvoorbeeld horror al zo duidelijk is dat je het minder snel overschreeuwt en dus helemaal los kan gaan. De nacht blijft blijkbaar heel aantrekkelijk voor me.’
Foto's: Sanne Glasbergen, Maarten Rijnvis en Lauren Murphy
Ik heb een zwak voor films uit het magische uur. Wankelmoedig, nieuwsgierig of vastberaden het schemerdonker tegemoet. Niet wetende hoe lang de nacht zal duren.