Interview

‘Veel mensen herkennen zich in het verhaal van Julie.’ Joachim Trier over The Worst Person in the World

The Worst Person in the World verovert de wereld. Met regisseur Joachim Trier spreken we over het succes van de film, generatieconflicten en zijn male gaze. ‘Ik ben mij ervan bewust, maar niet op een schaamtevolle manier.’

In mijn bubbel kom ik The Worst Person in the World echt óveral tegen: in de bushokjes op straat, aan de lunchtafel (‘Ik dacht dat het een Amerikaanse film met Dakota Johnson was’), op Letterboxd (‘Can't wait for the American remake with Dakota Johnson’), op Twitter en op Instagram, specifiek die van Barack Obama. Er valt dan ook een hoop te zeggen over de nieuwe film van de Noorse regisseur Joachim Trier (Thelma, Oslo, August 31st).  

Tip van Jesse

The Worst Person in the World

Julie wordt bijna dertig, vindt dat maar niks en zet daarom haar leven en dat van iedereen om haar heen in vuur en vlam.

In twaalf hoofdstukken volgen we het leven van Julie (Renate Reinsve), een twintiger die op het punt staat dertiger te worden en voor een reeks welbekende keuzes komt te staan: welke studie moet ze kiezen? Wil ze kinderen met de al wat oudere striptekenaar Aksel, of niet? Behoudt ze het contact met haar afwezige vader, die aan een tweede leg is begonnen? Het gaat over klimaatverandering, mansplaining, yoga en het verdwijnen van fysieke media: The Worst Person in the World is, kortom, heel erg een film over nu.

Deze Noorse productie weet misschien daarom zelfs in de Verenigde Staten een publiek te vinden. ‘De film is net uit in de VS en we kregen geweldige cijfers terug. We staan in de top twintig van succesvolste internationale releases ooit’, vertelt Trier.  Twee dagen eerder keek hij met co-scenarist Eskil Vogt, hoofdrolspeler Renate Reinsve en andere leden van de cast en crew naar de livestream waarin de Oscarnominaties bekend werden gemaakt. Tot hun grote verrassing werd de film genomineerd voor Best International Feature én Best Original Screenplay.   

Wat verklaart het succes van The Worst Person in the World?

‘Veel mensen herkennen zich in het verhaal van Julie. Ik denk dat we in een tijd leven waarin er veel aandacht is voor de constructie van je identiteit. We kunnen zelf creëren wie we zijn, en daar horen bepaalde verwachtingen bij. Welke keuzes maak je als het gaat om je familie, de liefde en je carrière, en wat zegt dat over jou? En we zetten onszelf onder druk om de juiste keuzes te maken, want we willen ervoor op waarde geschat worden. Maar het leven is rommeliger dan even kiezen tussen het één of het ander. Daar gaat onze film over: existentiële vragen.’

Tip van Lauren

Licorice Pizza

De nieuwe Paul Thomas Anderson, met Alana Haim, Cooper Hoffman (zoon van) en Bradley Cooper in een ongezonde hoeveelheid bronzer.

‘Wat ook meespeelt in het succes: we hebben een film gemaakt voor het grote doek. Het is een complete ervaring, gefilmd op 35mm. Uiteindelijk wil ik als filmmaker vooral een plek creëren waar mensen willen zijn. Zoals je ook hebt bij Licorice Pizza van Paul Thomas Anderson, daar heb ik zo van genoten. En nu heeft Anderson onze film de beste van de wereld genoemd. Dat is een groot compliment. Hij is mijn held, zijn films liggen dicht bij de mijne. Bij hem draait het ook om locaties, personages en hun gedrag. Plot is minder belangrijk. Steeds meer filmbezoekers staan daarvoor open: een film zonder verhaal.’

‘Als mensen het alleen maar over plot willen hebben, dan vraag ik mij juist af: ja, waar ga ik dan heen, hoe ga ik me voelen, welke beelden zie ik? Daarom houden we van de films van David Lynch, toch? Je wil een wereld vol emoties, iets dat visueel is. Grote filmmakers kunnen dat, en dat is wat ik probeer te bereiken.’

Bijvoorbeeld door Oslo zo fraai in beeld te brengen?

‘Een van de hoofdstukken had eigenlijk best Julie vs. The City kunnen heten. De film gaat namelijk ook over de verwachtingen die je woonplaats van je heeft. Ik ben in Oslo opgegroeid en heb de stad zien veranderen. Mijn eerste film, Reprise, heb ik er 15 jaar geleden gemaakt: je kan zien dat de stad toen veel kleiner was. Maar Oslo heeft ook nu nog steeds een eigen soort licht en sfeer. Het is fijn om je eigen stad als decor te kunnen gebruiken. Ik hoef niet te zoeken naar de juiste straat voor een romantisch moment op een straathoek: ik ken 200 straten en ik weet precies in welke ik moet zijn. De burgemeester van Oslo is ook weer erg blij met ons. Hij stond te juichen in de media toen we de Oscarnominaties kregen.’

Voor ons gaat het om de kwetsbaarheid, niet om statements

Uw film gaat onder andere over klimaatverandering, seksisme en nostalgie. Gaan die onderwerpen u allemaal aan het hart?

‘Ik wil deze thema’s aankaarten, maar heb niets te bepleiten. Mijn co-scenarist Eskil Vogt en ik proberen alles van alle kanten te bekijken. We zijn geïnteresseerd in gedrag. Voor ons gaat het om het laten zien van de kwetsbaarheid van personages, niet om het maken van statements.’

‘Striptekenaar Aksel [de geliefde van Julie, red.] was bijvoorbeeld populair in de jaren negentig. Zijn gevoel van vrijheid draaide om controverse, shock en het overtreden van regels. Fuck de volwassenen en de bourgeoisie! Vervolgens gaat er een paar jaar overheen en zegt een millennial tegen hem op televisie: wat jij hebt gemaakt is vooral masochistisch en kinderachtig. De nieuwe generatie is niet geïnteresseerd in shock, maar zoekt liever naar subtiele en minder subtiele masochistische elementen in de cultuur. En dat kan ik óók begrijpen. Beide generaties willen hetzelfde: vrijheid, eerlijkheid en waarheid. En opeens zitten ze tegenover elkaar in een debat. Mijn punt is niet dat de één gelijk heeft en de ander niet. Voor mij gaat het om de complexiteit van tijd die voortschrijdt. Het is mijn werk als kunstenaar om te kijken naar de verschillen, de fun, grapjes en tragiek binnen een generatieconflict.’ 

Was dat ook het uitgangspunt van de film: een portret van een generatie?

‘Het is niet dat ik zeg: ik wil nu een film maken over dit en dit onderwerp. Als Eskil en ik beginnen, komen er eindeloos veel ideeën en onderwerpen op tafel. Zoals het idee voor de scène waarin Julie en Eivind elkaar ontmoeten op een feestje en tegen elkaar zeggen: laten we de grenzen opzoeken van wat vreemdgaan is. We hadden ook het idee voor een scène met een koppel waarin de één wel kinderen wil en de ander niet, en pas na lange tijd kunnen ze er écht met elkaar over praten. De combinatie van verschillende elementen, en rommelig durven zijn, dat hebben we gedaan: dat is wat mij betreft modern. De gefragmenteerde manier waarop Julie haar leven ervaart wordt weerspiegeld in de manier waarop we haar verhaal vertellen.’ 

Waar komt Julie als personage vandaan? Lijkt ze op iemand uit uw omgeving?

‘Al mijn personages komen uit mijzelf, ik heb het gevoel dat ik haar ken. Eskil en ik discussiëerden over wie Julie zou kunnen zijn en opeens was ze een personage. Daarnaast hebben we de rol speciaal voor Renate Reinsve geschreven. Hoewel zij niet precies hetzelfde is als Julie, heeft ze het personage wel deels gevormd en heeft zij Julie uiteindelijk tot leven gewekt.’

Was dat nodig omdat jij en Eskil mannen zijn en samen een vrouwelijk personage hebben bedacht?

‘Ik krijg daar veel vragen over. Meestal is het een compliment. Veel vrouwen zien dit als hun verhaal. En dan volgt de vraag: hoe kan het dat twee mannen dit hebben geschreven?’

‘Maar met Renate hadden we nooit gesprekken over gender. Zij vond, denk ik, dat het scenario prima was. Het ging haar meer om de details. Voor mij begint character work pas als regisseur, niet als scenarist. Dan gaan we kijken naar kleding, timing, uitstraling. Dat soort dingen. En dat is ook moment waarop de acteur een stempel drukt op het personage. De acteurs helpen om een film waarachtig te maken.’

Zoals je eerder al zei krijgt veertiger Aksel in de film kritiek op zijn werk omdat het seksistisch zou zijn. Word jij ook beïnvloed door de hedendaagse discussie over mannelijke en vrouwelijke makers, de male en female gaze? 

‘Toen ik negentien was ben ik als filmfan naar een seminar van Laura Mulvey geweest, zij heeft de term male gaze uitgevonden. Dus ik ben mij ervan bewust, maar niet op een schaamtevolle manier. Ik wil kunnen spelen met de filmtaal. Voor mij is het belangrijkste dat ik clichés ontwijk. Bijvoorbeeld: in een van de seksscènes hapt Julie in de kont van haar vriendje. De man is daar het object van begeerte. Het is bevrijdend voor mij als man om na te denken over de vrouwelijke blik op een mannelijk lichaam.’

‘In mijn film zie je de pik van Aksel en dat is vooral oké en zoet. Als ik hetzelfde had gedaan met een vrouw, zouden mensen het misschien hebben gezien als een erotisch beeld, zonder dat dat mijn bedoeling was. De filmtaal is een code die al bestaat, je kunt hem niet zelf helemaal uitvinden. De Franse filosoof Jacques Derrida zei: I speak only one language, and it is not my own. Je kan taal wel tweaken, maar het is nooit helemaal van jou.’ 

‘Ik probeer een humanist te zijn en iets waarachtigs te zeggen over menselijk gedrag. Zou ik dan alleen maar films over mannen moeten maken? That’s silly.

Jesse

Jesse werkt al meer dan 14 jaar bij Cineville. Toen hij begon maakte hij de nieuwsbrief en filmagenda – en dat doet-ie soms nog steeds. Maar meestal is hij druk als eindredacteur en wandelend Cineville-archief. Voordat hij bij Cineville belandde studeerde hij Media & Cultuur (in Amsterdam) en Journalistiek (in Groningen).

Gerelateerde films

Tip van Jesse

The Worst Person in the World

‘Deze film gaat ook over jou. Zijn we niet allemaal weleens de slechtste mens op aarde?’

Gerelateerde artikelen