Onze website heeft een nieuw jasje! Lees hier meer over de veranderingen.

Interview

Dansen voor je leven: danser Carlos Acosta in gesprek met danser Nadine Drouin over Yuli

Nadine Drouin van het Het Nationale Ballet spreekt voor ons met wereldster Carlos Acosta over Yuli, een dansfilm die op hem is gebaseerd. Hoe is het om jezelf en je vader te spelen in een meta-biografie over een veelbewogen (en vaak eenzaam) dansleven?

Yuli gaat over het bewogen leven van de Cubaanse balletdanser Carlos Acosta, een van de beste dansers van zijn generatie en de eerste zwarte sterdanser bij het Londense Royal Ballet. De film is gebaseerd op Acosta's eigen autobiografie en vertelt zijn verhaal met een meta-mix van archiefbeelden, nagespeelde episodes en dansscènes, waarbij de meest emotionele momenten worden uitgespeeld in strak gechoreografeerde, intieme pas de deux en explosieve solo's. De cast bestaat uit dansers uit Acosta's eigen Havaanse dansgezelschap Acosta Danza. Acosta speelt zichzelf én zijn vader, die hem toen hij klein was letterlijk de balletschool insloeg, terwijl de kleine Carlos eigenlijk voetballer wilde worden.

Yuli

Kleurrijke dansfilm/biopic gebaseerd op het leven van de Cubaanse topdanser Carlos Acosta.

Ondanks zijn succes was Acosta eigenlijk altijd alleen. In Europa, waar hij de taal niet sprak en als enige Cubaanse danser altijd iets te bewijzen had, en in Havana, waar hij bij terugkomst zoveel rijker was dan de anderen. Ballet hield hem overeind. Het voelt niet meer dan logisch dat een film over iemand die zo verweven is met dans, dans gebruikt om zijn verhaal te vertellen. En zo voelt het ook niet meer dan logisch om een gesprek óver de film, met Acosta, te laten uitvoeren door iemand die ook verweven is met dans. Daarom lieten we hem over Yuli in gesprek gaan met Nadine Drouin, een Canadese danser die sinds 2014 is aangesloten bij Het Nationale Ballet en zelf op haar twaalfde van huis weg ging om ballet te studeren.

Nadine Drouin. Foto: Ruben Duipmans 

Drouin: ‘Ik heb nog nooit zo'n dansfilm als Yuli gezien. Dans wordt in de film echt ingezet als verteltechniek, en het verhaal raakte me op een persoonlijk en artistiek niveau. Carlos Acosta is een inspiratie geweest voor velen, en deze film laat zien waarom - ook voor degenen die niet het voorrecht hebben gehad om hem ooit te zien dansen. Voor het eerst voelde ik hoeveel uitdagingen en opofferingen Acosta heeft moeten doorstaan, hoeveel passie en betrokkenheid hij heeft voor zijn familie, Cuba en dans, en wat je met met zulk vuur allemaal gedaan kan krijgen.’ 

De dansers spraken elkaar over de telefoon. Drouin vanuit Amsterdam, Acosta vanuit Londen, zijn tweede thuis. 

ND: In Yuli speel je je eigen vader en jezelf, terwijl je nog nooit geacteerd had. En nu ben je genomineerd voor een Goya Award voor Beste Acteur!

CA: ‘Toen ik hoorde dat ik genomineerd was dacht ik dat ze me in de maling namen. Beste Acteur? Voor wat dan? Ik was eerst een beetje terughoudend toen Paul Laverty (de scenarist, die o.a. ook I, Daniel Blake schreef, red.) voorstelde dat ik mezelf zou spelen. Je verhaal kan maar één keer verteld worden, en ik wilde het niet verpesten. Ik vond het een te grote verantwoordelijkheid. Maar het werd me al snel duidelijk dat ze echt iets origineels wilden doen. Geen Billy Elliot, geen razzle-dazzle Hollywood biopic die zou voelen als Carlos’ greatest hits. Het moest betekenisvol zijn, een echt verhaal óver iemand, mét iemand. Die insteek begreep ik, en daar kreeg ik zelfvertrouwen van.’

Het was voor mij geen acteren, het was leven

Als je danst moet je op een bepaalde manier ook acteren. In hoeverre is dat anders?

‘Ik heb voor duizenden mensen opgetreden, maar niet op deze manier. Met ballet vertel je een verhaal altijd chronologisch. Je komt op, je danst Romeo & Julia, en je vertelt het hele verhaal van begin tot eind. Als je een film maakt spring je zomaar koud in een scène. Je moet vanuit niets die emotionele motor aan kunnen zetten. Dat was me totaal vreemd.’

‘In ballet acteer je natuurlijk ook niet met woorden. Gelukkig kreeg ik de vrijheid om binnen het scenario mijn eigen stem, mijn eigen taal te gebruiken. Dus wat dat betreft was het makkelijk. En de regie, hè. Je moet iemand naast je hebben staan die je vrij laat en bij het proces betrekt, en waarmee je kan lachen om je fouten. De regisseur, Icíar Bollaín, was geweldig. Ze hield heel goed rekening met hoe belangrijk dit voor me was. Het was voor mij geen acteren, het was leven.

Het moet zwaar voor je zijn geweest om sommige dingen keer op keer opnieuw te moeten herleven.

‘Ik heb tien jaar geleden mijn autobiografie geschreven omdat ik alles achter me wilde laten. Daarna voelde ik me een stuk lichter. En nu moest ik opeens weer terug naar die plek, naar mijn ouders en mijn verleden. Sommige dingen doen nog steeds pijn - dat mijn ouders mijn prachtige kinderen nooit hebben ontmoet, bijvoorbeeld, of dat mijn vader nooit heeft geweten dat ik een eigen dansgezelschap ben gestart, in Cuba, met zijn naam op de gevel. Daar zou hij zo trots op zijn geweest. Het feit dat ik deze film heb gemaakt, en dat ze die nooit zullen zien, dat is ook verdrietig. Er zit een scène in die zich afspeelt op een begraafplaats. Dat was echt de hel. En het moment waarin ik mijn vader speel, die mij slaat met een riem, dat was ook heel heftig. Ergens was het een soort catharsis, maar ik wist ook hoe erg het me zou raken. Ik ben blij dat het gelukt is.’

Je bent geneigd om de camera uit de weg te willen krijgen als je aan het bewegen bent: Hello! I’m dancing here?

Ik vond de dansscènes heel indrukwekkend. Hoe hebben jullie die aangepakt?

‘Het was al snel duidelijk dat dans de kern van de film zou zijn. We hadden een Spaanse choreografe die al eerder met ons had gewerkt, en een van de dansers van mijn gezelschap is ook choreograaf. Hij heeft dat eerste duet gedaan, waarin de vader zijn zoon uitlegt hoe het zit met de plantages en de slaven.’

‘Het camerawerk was wel een uitdaging. Het is lastig om dansscènes te filmen, dat weet jij vast ook. De cinematograaf moet de choreografie leren, en de danser moet leren de ruimte te verkennen terwijl er een camera in staat. Je bent geneigd om de camera uit de weg te willen krijgen als je geconcentreerd aan het bewegen bent: Hello! I’m dancing here? Het is een kunst om jouw kunstvorm te laten samenkomen met de kunstvorm van een ander.’

Ik heb door Yuli ook veel nieuws over Cuba geleerd. Wilde je bewust mensen je thuisland laten zien?

‘De Cubanen zitten vast tussen twee politieke sferen, maar hun ziel is sterk. Op dit moment staan er weer rijen dik bij de voedseluitgifte. Soms gaat het weer ietsje beter en krijgen de mensen weer hoop, maar dan komt er weer een nieuwe Amerikaanse president die het totaal anders gaat doen. Je weet nooit wat er gaat gebeuren. Maar die ziel, dat is Cuba. De Cubanen dansen voor de liefde, niet omdat ze iets willen halen. In onze wereld van nu vind ik dat enorm verfrissend.’  

In de film komen niet alleen je tegenslagen naar voren, maar ook je waarden - Cuba, ballet, je familie. Je hebt die waarden altijd verdedigd. Voelde je je verplicht om je afkomst en je familie te representeren?

‘Je voelt je natuurlijk heel erg verantwoordelijk als je als afgevaardigde van een land mee moet doen aan een danswedstrijd. In Parijs, toen ik 16 was, had ik sterk het gevoel dat ik álle Cubanen moest vertegenwoordigen. En toen ik eenmaal geld begon te verdienen wilde ik mijn familie alles geven wat ik had. Ik kocht een koelkast voor ze, een televisie. Ik was de enige die ze dat kon geven. Op een gegeven moment begonnen onze buren spullen te stelen van mijn ouders. Dan zag ik mijn buurman rondlopen in de dure schoenen die ik voor mijn vader had gekocht. Ik kon het niet uitstaan. Uiteindelijk heb ik een nieuw huis voor mijn ouders gekocht.’

‘Zolang ik geld verdiende, had mijn familie het ook goed. En zij hadden het ook nodig - als je in een nare situatie zit kan het helpen om je te bedenken dat je broer, zus of zoon een pad uit de ellende heeft gekozen en het ergens anders op de wereld goed heeft. Mijn vader zei ooit tegen me: ‘Ga weg, en kijk niet terug. Volg je ster en vergeet ons.’ Daarom ben ik nu hier. Ik heb de ster gevolgd, maar ik ben mijn familie nooit vergeten.’

‘Ik hoop dat de film mensen kan inspireren. Dat je leert dat je dromen uit kunnen komen als je hard werkt, zelfs als je met een achterstand geboren bent. Maar je moet er altijd iets voor inleveren. Dat is het leven. Misschien zorgt het ervoor dat je familie niet aan je zijde staat, of dat je eenzaam gaat zijn, zoals ik. En een klein beetje tegenslag hoeft niet meteen je vijand te zijn. Je kan daar juist van leren hoe je problemen op kan lossen. Het is een soort spier, en als je die iedere dag traint dan krijg je vanzelf controle over je bestemming.’

Ik dans voor mezelf, omdat ik wel moet

Heb je ondanks alles het gevoel gehad dat je voor jezelf danste?

‘Toen ik doorkreeg dat dans mijn redding kon zijn, werd het mijn allerbeste vriend. Ik raakte er verslaafd aan. Als ik bleef dansen, woog dat op tegen het feit dat ik mijn familie niet meer zag. Mijn vertrek uit Cuba kon niet voor niets zijn geweest, dus ik móest de beste worden. Sommige mensen denken dat mijn leven een soort wonderleven is, maar dat bestaat helemaal niet. Hard werken, dat bestaat. Ik heb keihard gewerkt. Ik had nooit weekend. Als mijn vrienden gingen feesten of voetbal gingen kijken, was ik sit-ups en stretches aan het doen. Dat was mijn toevlucht.’

‘Toen ik bij de Royal Ballet in Londen begon werd het nog heftiger. De Royal Opera House werd toen gerenoveerd, dus er waren niet zo veel voorstellingen, en ik was de laatste die erbij was gekomen. Ik zat op de reservebank, en ik had ook nog eens een vriend die maar bleef zeggen dat ik het nooit zou redden, omdat de Royal Ballet nog nooit een zwarte principal dancer had gehad. Daar kreeg ik wel een complex van. Hij had gelijk, hoor: er zaten maar tachtig dansers in het gezelschap, en daarvan waren er maar twee zwart. Er was geen voorloper. Ik heb me toen vaak afgevraagd of het wel slim was geweest om weg te gaan bij de Houston Ballet, waar ik alles danste. Ik wist niet of ik ooit nog Romeo zou dansen, of Het Zwanenmeer. Maar ik bleef werken en hopen, en uiteindelijk lukte het.’

‘Ik dans voor mezelf, omdat ik wel moet. En ik wilde mijn stempel op de danswereld drukken. Het feit dat ik niets te verliezen had, werkte op een bepaalde manier in mijn voordeel. Als je niets hebt, ben je niet bang om altijd 120% te geven, want er kan niets misgaan: je wil gewoon losbreken.’

Lauren

Lauren is naast haar werk voor Cineville ook programmeur bij Imagine Film Festival en neemt overal haar stokoude camera mee naar toe. Ze houdt van heksen, muziekdocumentaires en alles dat larger than life is, en heeft een geheim keldertje vol B-horror.

Gerelateerde films

Billy Elliot

Dans Billy, dans!

Yuli

Kleurrijke dansfilm/biopic gebaseerd op het leven van de Cubaanse topdanser Carlos Acosta.