Interview

Regisseur Bobbie Koek over Paradijs: ‘We streven naar een soort perfectie, zeker online. Daar wil ik vanaf.’

Roadmovie Paradijs zet de spotlight op een personage dat we niet vaak zien: de tienervader. Met regisseur Bobbie Koek praten we over haar switch van acteerwerk naar casting en regie, onze verslaving aan schermpjes en (imperfect) ouderschap.

Het was het begin jaren 10. De televisie ging aan, ik plofte op de bank en begon te zappen tot ik wat leuks zag. Vaak bleef ik hangen bij MTV’s Teen Mom en 16 & Pregnant of Vier handen op één buik van de NPO. Er was altijd wel ergens het leven van een tienermoeder te bewonderen. Zou teen mom Jenelle wéér haar spullen pakken en haar kinderen bij moeders droppen? En met wie zou Bekende Moeder Fajah Lourens dit keer weer ruzie maken?

Van reality over tienermoeders ging ik naar series en films: The Secret Life of the American Teenager, Juno, Precious. Op het moment dat er eindelijk een tienervader in beeld kwam, kreeg ik een euforisch gevoel: wat een geweldige man! Hij kiest ervoor om in het leven van zijn kind te blijven, wát een prestatie! Kwam dat door mijn eigen daddy issues? Of omdat er zo weinig van de vaders te zien was, dat ik alle kleine beetjes ging waarderen?

In Paradijs nemen mijn gevoelens een nieuwe wending. Het verhaal gaat over de 16-jarige Noah (Zeb Claessen), die zijn nu ex-vriendin per ongeluk zwanger maakte. Eerst had dat nog geen invloed op zijn leven. Hij kon gewoon naar de kroeg, gamen met z’n vrienden en kettingroken op het bankje aan de sloot. Maar als de doodvermoeide tienermoeder hun zoontje Ziggy voor Noahs deur legt en verdwijnt, staat zijn leven op z’n kop.

Tip van Emin

Paradijs

De zestienjarige Noah vindt zijn baby op de stoep nadat zijn ex-vriendin vertrekt en moet in één klap volwassen worden.

Noah zeult het kindje overal mee naartoe: naar de visfabriek waar hij een bijbaantje heeft, op de scooter, naar de tabakswinkel. Maar hij is ook pas zestien en vindt vadertje spelen helemaal niet leuk. Hij wil dat het kind teruggaat naar zijn moeder en stapt op zijn scooter met een slof peuken en Ziggy onder z’n bomberjack. Noah reist door Nederland en België, langs de moeder van z’n ex in Rotterdam en haar vader in Zeeland, en belandt in een queer walhalla in België. Beetje bij beetje voelt zijn nieuwe vaderrol steeds minder verschrikkelijk.

In een broodjeszaak in Amsterdam-Oost spreken we de regisseur van Paradijs, Bobbie Koek. Van 2004 tot 2013 was ze een van de hoofdrolspelers in comedyserie Kinderen geen bezwaar, waar ze dochter Inke speelde. Daarna nam ze afscheid van acteren en vond ze haar plek achter de camera. Ze werkte onder andere als casting director en regisseur voor YouTube-kanaal Skam NL en werkte mee aan films als Die middag en Layla M. Nu maakt ze haar regiedebuut met roadmovie Paradijs, dat op het Nederlands Film Festival als slotfilm in première ging. ‘Het was heel bijzonder om de film voor het eerst aan een publiek te tonen en dat dan meteen voor 800 man. Om al die reacties door de zaal te horen gaan, was magisch’, vertelt ze.

Hoe waren de reacties?

‘We hebben veel subtiele grapjes in de film gestopt. Via het sounddesign bijvoorbeeld. Als Noah thuiskomt en de baby in de kinderwagen legt, dan hoor je een hard geluid – alsof hij ‘m zo in de wagen gooit. Dat is natuurlijk niet echt zo, maar in de zaal krijg je dan wel een reactie.’

Ik ontdekte mijn liefde voor regisseren. Ik hou zo van mooi spel en het werken met acteurs

‘Er werd meer gelachen dan ik had verwacht. Er was zelfs iemand die na de première zei: het is bijna een comedy. De humor is altijd belangrijk geweest. Het moest op een bepaalde manier ook een lichte film worden. Andere mensen zeiden juist dat ze het een zware film vonden, omdat de baby veel huilt. In de cameravoering hebben we niet de empathie opgezocht. Het staat allemaal best stil, vanaf statief. Zo van: dit is de situatie, kijk er maar naar.’

Je begon met acteren en toen plaatste je jezelf achter de camera. Waarom maakte je die switch?

‘Ik speelde eerst in het theater en toen in een comedyserie van de VARA. Dat heb ik zeven jaar gedaan. Het was eigenlijk een fulltime baan. Daarna wilde ik niet langer afhankelijk zijn van castingbureaus. Ik koos ervoor om naar de filmacademie te gaan en regie-fictie te studeren. Ik ontdekte daar mijn liefde voor regisseren. Ik hou zo van mooi spel en het werken met acteurs.’

‘Door die liefde voor acteren werd ik ook Casting Director en ging op zoek naar originele manieren om te casten. Ik keek niet alleen naar geschoolde of ervaren acteurs, maar ook naar beginnende mensen uit andere kunstdisciplines, zoals regisseurs en maar ook zangers.’

En hoe heb je dat met Paradijs aangepakt?

‘Ik heb Zeb Claessen, die Noah speelt, online gevonden. Het is m’n hobby om urenlang online te scouten. Op straat scout ik ook. Ik heb eerder twee jongerenseries gemaakt, Skam NL en A Teenage Love Affair, en de acteurs daarvoor heb ik allemaal op straat en online gevonden.’

‘Ellen ten Damme, die Noahs moeder speelt, is de laatste jaren vooral artiest. Hoe ik bij haar uitkwam, weet ik niet meer zo goed. Bij mij gaan die dingen altijd intuïtief. Ineens komt er dan een naam in me op. Ik vond Zeb en Ellen een originele combinatie.’

Waarom een verhaal over een tienervader?

‘Ik was in Thailand en ik was net moeder. Mijn zoontje was anderhalf, dus ik zat nog een beetje in het babygebeuren. En toen plopte er ineens een plaatje in mijn hoofd op. Ik zag een fotootje van een jongen op een brommer met een baby in een draagzak, en ik dacht: wow, dat is een tof beeld. Op dat moment kwam alles bij elkaar: die foto, mijn ervaring als moeder en mijn ervaring met jongerenseries. Toen ben ik het allemaal uit gaan schrijven.’

‘We hebben veel onderzoek gedaan naar tienervaders en kwamen erachter dat er weinig te vinden is. Het is een beetje een onderbelicht onderwerp. Het draait in series, films en documentaires bijna altijd om de tienermoeders. Dat is wel aan het veranderen, maar er blijven best veel vooroordelen over tienervaders. Dat ze luie klootzakken zijn bijvoorbeeld. Ik vond het belangrijk om dat beeld bij te stellen.’

In je film is de moeder helemaal niet aanwezig.

‘Het was altijd het plan om haar niet in beeld te hebben. Ze heeft een tijdje in het script gestaan, maar dat hebben we er weer uitgehaald. Het is veel mooier als het zíj́n reis is.’

De volwassen ouders in de film lijken niet echt blij om kinderen te hebben.

‘Vooral als je moeder bent, word je doodgegooid met adviezen over goed ouderschap. Ik hoorde alleen maar verhalen van mensen die hun baby in hun armen kregen en gelijk op een roze wolk zaten. Zelf moest ik best wel wennen aan het moederschap. Ik had zoiets van: dit is dus mijn kind… dat moet ik dan maar aannemen. Ik had ook een behoorlijk traumatische bevalling. Dat zal er wel iets mee te maken hebben.’

Ik wilde het randje opzoeken: dat je als kijker echt denkt dat het gevaarlijk wordt 

‘Ik vind het belangrijk om het ouderschap te bevragen en een licht te schijnen op de moeders die niet vanzelfsprekend enorm ‘moeder’ zijn. In films is het vaak zo dat je óf een perfecte ouder hebt die de hele dag met diens kindje speelt óf het is iemand die heel slecht voor diens kind zorgt. Ik wilde iets maken dat in het midden zit. Volgens mij zijn er heel veel ouders die maar een beetje aanklooien. Een foutloos ouderschap bestaat niet.’

De film speelt zich af in de tijd van nu, maar toch voelde het Y2K. Noah loopt zijn slaapkamer in, gaat op bed liggen en begint te masturberen op een poster van een naakte vrouw op het plafond. Wie doet dat nog?

‘Ik heb altijd heimwee naar vroeger. Dat komt vooral door het internet en al die schermen en hoe verslaafd we eraan zijn. Iedereen wordt er ingezogen. Ik wil ontzettend graag terug naar de goede ouwe tijd. Ik hou ook niet van schermen in films. Dus Paradijs speelt zich wel af in het nu, maar het is met een nostalgisch sausje eroverheen.’

Noah is een aspirant-rapper. Hij rapt: ‘Ik heb een speedboat in de Maas gelegd, ik heb een hard broodje met kaas belegd, ik heb je naam in een lijntje sos gezet.’ Hoe kom je bij zo’n tekst?

‘Dat nummer is van mijn broer Bo. Hij heeft alle muziek gemaakt en had dit liedje nog liggen. Op een gegeven moment liet hij het me horen. Ik vond het wel wat hebben en vroeg hoe hij erop was gekomen. Hij zei: ‘Ik zat gewoon te denken van, als ik een speedboot had en ik ‘m in de Maas zou leggen, wat zou ik dan meenemen?’ Dat het antwoord een broodje kaas was, was voor hem heel logisch.’

Mijn stressgehalte was behoorlijk hoog iedere keer dat Noah op z’n scooter reed met de baby op schoot.

‘Die scènes moesten heel realistisch zijn, anders groei je niet mee met Noah, die zich ontwikkelt van kluns naar een liefdevolle vader. Dus ik wilde het randje opzoeken: dat je als kijker echt denkt dat het gevaarlijk wordt. De scènes waarin hij rijdt zijn opgenomen met een pop. Als we de baby in beeld wilden, dan filmden we het met een lowrider. Het is nooit gevaarlijk geweest. De ouders waren er altijd bij, samen met de babybegeleiders.’

‘Je moet veel geduld hebben om een baby te regisseren. Je moet, zeg maar, meebewegen, want baby’s doen niet wat je wil. Soms zijn ze aan het huilen, dan moet je wachten, en soms vallen ze in slaap, dan moet je ook wachten. Ik moest ook een beetje afstand houden, omdat ik toch dat moederinstinct had. Dat kickt dan in, dus dat was uitdagend.’

‘Zeb deed het fantastisch. Hij had nog nooit een baby vastgehouden. Voordat de opnames begonnen, moest hij met een pop in een draagzak over straat en luiers verschonen – dat soort dingen. We hebben het verhaal chronologisch gefilmd, dus je ziet dat hij aan het begin echt onwennig is. De baby huilt steeds als hij ‘m pakt. Aan het einde zie je dat Zeb echt een band kreeg met de baby. Dan werd de baby juist rustig als Zeb hem pakte. Dat was heel mooi om te zien.’

Noah gaat ook op allerlei side quests: hij gaat naar Rotterdam, klussen in Zeeland en belandt in een queerhuis in België.

‘Bij een roadmovie krijg je vaak dat ‘en toen, en toen, en toen’-gevoel. Het was een uitdaging om dat organisch te laten verlopen. In België bijvoorbeeld wilde ik Noah in aanraking laten komen met een wereld die hij totaal niet kent, maar waar hij geen enkel vooroordeel over heeft. Voor hem doet het er allemaal niet toe, want we zijn allemaal mensen. Er zijn veel vooroordelen over tienervaders. Het leek mij mooi om een tienervader te laten zien die ze zelf niet heeft. In mijn werk zoek ik vaak naar manieren om een taboe te doorbreken, om een vooroordeel weg te halen en te normaliseren.’ 

Dat zou voor mij ‘Het Paradijs’ zijn: dat we leven in een wereld waarin je dingen verkeerd mag doen

‘Bij het stuk dat zich afspeelt in Zeeland – wanneer Noah klust met de vader van zijn ex – komt hij terecht bij een personage dat het tegenovergestelde is van hem. Noah is opvliegend, ongeduldig en snel geïrriteerd. Ik wilde dat hij bij iemand kwam die veel rust heeft, en niet zoveel zegt. Sander is de eerste die Noah niet veroordeelt, die hem gewoon zijn ding laat doen. Op die plek maakt hij een grote stap naar het vaderschap. Het zijn allemaal side quests om hem te vormen als vader.’

Hoe is het om op zoveel verschillende plekken te filmen?

‘Dat was best pittig. Ook omdat het allemaal op zichzelf staande verhaaltjes waren. Maar we hebben het goed voorbereid, ook met de acteurs die wat kleinere rollen hadden. Ik gaf ze huiswerk: om zich te verdiepen in het karakter moesten ze dingen zelf doen en schrijven – achtergrondverhalen uitdenken. Het was heel belangrijk om ook van de kleine rollen gelaagde personages te maken, want als je ze niet gelooft, valt Noahs reis en ontwikkeling in duigen. Hij leert van de mensen die hij onderweg tegen komt, dus dat moesten echte mensen zijn.’ 

Wat hoop je dat mensen uit je film meenemen?
‘Een andere kijk op tienervaders en het ouderschap. Maar vooral op tienervaders. Dit is volgens mij een van de eerste keren dat een tienervader zo prominent te zien is in een film. Aan het einde van Paradijs loopt Noah nog steeds een beetje te klooien, maar hij en Ziggy zijn vrolijk. Ze zien er goed uit en ze hebben het overleefd. Weliswaar op een manier die niet overal even pedagogisch verantwoord is, maar hij doet het op zijn manier en dat is oké.’

‘Ik zou graag willen dat er meer ruimte komt voor dit soort verhalen, ook over het falen als ouder. En dat zou voor mij ‘Het Paradijs’ zijn: dat we leven in een wereld waarin je dingen verkeerd mag doen. Het gaat heel vaak over dingen die we goed doen, en goed móéten doen. We streven naar een soort perfectie, zeker online. Daar wil ik vanaf.’

Emin

Emin kijkt films om het leven te romantiseren. En met films bedoelt hij vooral Frances Ha. Frances Ha is zijn Godfather.

Gerelateerde films

Tip van Emin

Paradijs

‘Een brommende roadtrip door de lage landen. Eerst in een zweem van zout puberzweet, daarna omringd door zoete babyfever.’

Gerelateerde artikelen