Onze website heeft een nieuw jasje! Lees hier meer over de veranderingen.

Film met Fien

La bonne épouse en de wetten van het gelijkheidssprookje

Fien keek op Vitamine Cineville La bonne épouse, een komedie bedoeld als feelgood emancipatiefilm. Tijd voor een analyse van dit genre.

La bonne épouse (nu te zien op Vitamine Cineville) wordt aangeprezen als ‘emancipatie komedie’ (spatiegebruik niet het mijne), dus ik dacht: die moet ik zien! ‘Emancipatie komedie’ [sic] is tenslotte my middle name. Een paar weken geleden ging ik naar Misbehaviour, eveneens een E. K., (denk ook aan Made in Dagenham, of – wel wat beter uitgevoerd, Battle of the Sexes) en dus vond ik het tijd voor een analyse van het genre. Bij deze: de regels anno 2020 van een feelgood gelijkheidssprookje.

La bonne épouse, ‘de goede echtgenote’ (simplistische vertaling, wel de mijne), gaat over een huishoudschool aan de vooravond van de revolutionaire lente van 1968 waarin het feminisme een sprong neemt. Opeens is het gedaan met het opleiden van jonge meisjes tot zichzelf wegcijferende echtgenotes. Een meisje blijkt ook een mens! Terwijl de leerlingen van het instituut steeds sterker in opstand komen tegen de seksistische rollen die zij in de toekomst dienen te vervullen, maakt directeur Juliette Binoche, die ik gewoon Juliette Binoche ga noemen, haar eigen emancipatoire ontwikkeling mee. In Misbehaviour gaat het om de strijd van activist Keira Knightley tegen de achtergrond van de Miss World-verkiezing in 1970, in verder een vergelijkbaar emancipatiedecor. Bij deze de ingrediënten van het genre, en waarom een dergelijk narratief échte emancipatie geen stap vooruit helpt – integendeel.

1. Een nette dame
Net als in Misbehaviour is de hoofdpersoon van La bonne épouse een ietwat benepen en keurige witte vrouw die door de ‘echte’ feministen (lees: moderne sixties-leerlingen van de huishoudschool, of in het geval van Misbehaviour, een groepje revolutionaire krakers) moet worden overgehaald om voor de rechten van de vrouw op te komen. In het begin is ze ofwel timide, ofwel best tevreden met haar inferieure positie in de rangorde. 

Je mag dus best een feminist in de hoofdrol zijn, maar je moet er wel goed uitzien

De ontwikkeling tot kalme en verstandige feminist gebeurt met horten en stoten en hier een daar een klein conflict, maar uiteindelijk worden alle vrouwen – kraker én huisvrouw – het erover eens: het is gedaan met het patriarchaat! In La bonne épouse doet Juliette Binoche haar parels af en trekt ze zelfs – in een lang uitgesponnen scène – een broek aan: volgens de makers van deze film hét ultieme symbool van haar stap naar liberté, égalité en sororité. Belangrijk: deze vrouwen zijn altijd knap, goedgekleed en de redelijkheid zelve.

De hulpfeministen (de echte rebellen, zegt de film met een knipoog) zijn dat niet per se. Je mag dus best een feminist in de hoofdrol zijn, maar je moet er wel goed uitzien en vriendelijk en redelijk vragen om gelijkheid in de samenleving. De marge voor verandering is minimaal. Maar, zoals Audre Lorde ooit schreef in een fantastisch essay met deze titel: ‘The master’s tools will never dismantle the master’s house.’ In dit geval: als je meespeelt met het spel waarin ‘mannelijke’ eigenschappen worden gewaardeerd, word je in het beste geval de winnaar binnen een scheve machtsstructuur. Er verandert uiteindelijk niets wezenlijks.

2. Een foute witte man
Witte mannen zijn fout. Dat is de les die we kunnen trekken uit deze films (alsof we dat in het echte leven nog niet geleerd hadden) (nee hoor, grapje, niet álle mannen, et cetera). In Misbehaviour gaat het om (onder andere) een foute seksistische televisiepresentator, in La bonne épouse is het de directeur van de huishoudschool, tevens echtgenoot van Juliette Binoche, die de school financieel om zeep heeft geholpen door hun vermogen te verbrassen in het gokkantoor. Fout!

Een maatschappelijke structuur is niet zo makkelijk in beeld gebracht

De rest van de samenleving en alle seksistische structuren waarin iedereen, man én vrouw, opgesloten zit, worden hier en daar in beeld gebracht, maar de ware vijand is volgens deze films toch echt die ene witte man. Wel zo handig voor het verhaal, want één man valt nog wel te overwinnen. Een maatschappelijke structuur is niet zo makkelijk in beeld gebracht, en er valt niet echt een happy end aan vast te knopen. Helaas.

3. Het ridiculiseren van conservatieve normen
De vleeskeuring die de Miss World-verkiezing heet, wordt in Misbehaviour overduidelijk gezien als een reliek uit vervlogen tijden. Dat deze keuring zich tegenwoordig op het internet vrolijk doorzet, wordt voor het gemak genegeerd.

La bonne épouse opent met een opsomming van de eigenschappen van een goede huisvrouw. ‘Ze houdt rekening met ieders behoeften en negeert die van haarzelf,’ ‘als echtgenotes en moeders betere echtgenotes en moeders waren, waren er minder scheidingen,’ ‘ze cijfert zichzelf totaal weg,’ et cetera. Oftewel: de meisjes op de huishoudschool leren iedereen tot dienst te zijn en alles wat er mogelijk verkeerd kan gaan binnen het huwelijk, is hun schuld. Belachelijk natuurlijk!, denkt de kijker, en dat is precies wat er moet gebeuren volgens de filmmaker: de verwerping van deze expliciet seksistische regels als achterhaald en bespottelijk.

Deze regels worden gepresenteerd alsof ze heel ver van de moderne realiteit afstaan, terwijl, let’s be honest, slechts de helft van de vrouwen in Nederland met partner en kind financieel onafhankelijk is, tegenover 90 procent van de mannen. Dat betekent dat veel vrouwen dus afhankelijker zijn van hun relatiestatus dan mannen: de vrijheid om uit elkaar te kunnen gaan zonder jezelf financieel te ruïneren, hebben veel vrouwen anno 2020 namelijk nog steeds niet. Net als in de jaren vijftig.

De rebellen uit Misbehaviour

4. Een inspirerende gebeurtenis
De protesten bij de Miss World-verkiezing van 1970, de Parijse lente van 1968: het is allebei waargebeurd en inspirerend. De emancipatiestrijd zoals ‘ie dagelijks wordt gevoerd – die ene collega aanspreken omdat hij je altijd in de rede valt, onderhandelen over je salaris of de taakverdeling in het huishouden, aangifte doen van gendergerelateerd geweld, beleid maken over ouderschapsverlof – is een stuk minder beeldend, dat snap ik ook wel. Maar toch. Ik zou ook graag op de barricaden willen springen met een kleurrijke outfit en bloemen in mijn haar, maar in plaats daarvan zit ik aan mijn rommelige bureau dit stukje te tikken en te hopen dat iemand geïnspireerd raakt om Audre Lorde te gaan lezen.

5. Een ontroerend happy end
Dit is misschien wel het grootste probleem van de feelgood emancipatiefilm. Zoals ik in mijn stuk over Misbehaviour schreef: je kan geen winnaar uitroepen als de wedstrijd nog gaande is. Het happy end is ook in La bonne épouse een duidelijk overwinningsverhaal: in musicalstijl (alleen hierom al moet je deze film zien, gewoon om je te verwonderen over wat filmmakers allemaal wel niet verzinnen) zingen Juliette Binoche en haar leerlingen in de slotscène een ode aan allerlei sterke vrouwen, zoals Frida Kahlo, Simone de Beauvoir en Jeanne d’Arc. De namen van deze vrouwen – een stuk of vijftien – worden overigens telkens herhaald, waardoor het, in tegenstelling tot de bedoeling van deze scène, juist extra treurig lijkt dat er maar zo weinig vrouwen in de geschiedschrijving voorkomen.

La bonne épouse is een fantasie van vrouwenemancipatie: het presenteert emancipatie als iets wat gedaan is

Het idee van de scène is vermoedelijk dat het inspireert en ontroert. Kijk wat onze voormoeders (dit is een echt woord, ik heb het opgezocht) voor elkaar hebben gebokst! Het is een comfortabele verhaallijn: vroeger was alles seksistisch, een paar inspirerende vrouwen (zoals Jeanne d’Arc, wat een typisch Franse film is dit eigenlijk!) verzetten zich daartegen, toen brak er een kleurrijke en succesvolle revolutie uit, en nu is alles anders! Einde van het verhaal. 

Waarom Juliette Binoche opeens het feministische licht ziet blijft onduidelijk, wat de leerlingen van de huishoudschool gaan doen na de revolutie, hoe Juliette en haar leerlingen in godsnaam naar Parijs wandelen omdat er een kilometerslange file staat in verband met de demonstraties die daar gaande zijn: al deze vragen worden niet gesteld. La bonne épouse is een fantasie van vrouwenemancipatie: het presenteert emancipatie als iets wat gedaan is, de gelijkheid bereikt. Als een historisch feit waar we nu allemaal feest over kunnen vieren. Ik vrees dat het eerder een open wond is waar dit soort feelgoodnarratieven een kleurrijke pleister overheen willen plakken. 

Fien

Fien Veldman (1990) schrijft zowel fictie als essays. Als een film de Bechdel-test niet passeert is ‘ie waarschijnlijk niet aan haar besteed.

Gerelateerde films

La bonne épouse

Paulette (Juliette Binoche) runt een huishoudschool, maar als de jaren 60 aanbreken hebben haar leerlingen weinig zin meer in een leven als perfecte huisvrouw.

Misbehaviour

Met Keira Knightley en Gugu Mbatha-Raw terug naar 1970, naar de avond waarop Women’s Liberation Movement de Miss World-verkiezing in Londen torpedeerde.