Film met Fien

We gaan allemaal dood en voor Fiens planten duurt dat niet lang meer, maar Dolor y gloria biedt troost

Kunst kan ons helpen het leven te begrijpen, maar wat we op ons afkrijgen vertroebelt meestal juist onze blik, vinden Fien en David Foster Wallace. Vooral die ene bloedirritante plantenreclame. Gelukkig is er Dolor y gloria.

Voorafgaand aan Dolor y gloria werd een extreem lange reclame met een liedje over planten vertoond. In deze tergende commercial gaan planten eeuwig mee, zijn ze groener dan groen én je beste vriend en metgezel voor het leven. Ik dacht aan mijn eigen planten, hoe ik die nauwelijks in leven kan houden, waar ik altijd een schuldgevoel over heb, maar die ik ook niet weg durf te gooien. Deze reclame werd er nóg onuitstaanbaarder van. Het liedje is ook zo irritant dat je denkt: ze doen het expres. Zo onthouden mensen het. Sonic branding heet dat. (Het spijt me dat ik dit weet en jij nu ook.)

Tip van Erik

Dolor y gloria

De nieuwste film van Pedro Almodóvar, met hoofdrollen van Antonio Banderas en Penélope Cruz.

Echter. Gelukkig zijn er ook mensen die mooie dingen maken. En dan kun je dus naar iets kijken wat gemaakt is omdat het interessant en rijk en mooi is, waar geen consument over de streep hoeft te worden getrokken, waarover niet een of andere zogenaamde creative veel te lang na heeft gedacht en daar veel te veel geld voor heeft gekregen. Waarbij het effect geen resultaat van een trucje is.

Dolor y gloria, bijvoorbeeld.

Pedro Almodóvars film deed me denken aan een essay uit de jaren tachtig van David Foster Wallace, Fictional Futures and the Conspicuously Young, waarin hij schrijft over de invloed van televisie (en reclame als verlengde daarvan) op literatuur en de manier waarop we verhalen vertellen. Hij schrijft dat televisie-als-lifestyle ervoor zorgt dat we onszelf en elkaar steeds vaker associëren met merken, dat dat een manier wordt waarop we onze eigen en elkaars identiteit gaan zien. Dat merkloyaliteit een acceptabel instrument wordt om een ander te begrijpen en te categoriseren.

Nu zou ik weer iets over die plantenreclame moeten zeggen, maar dat komt straks pas. Eerst moet ik nog iets zeggen over het essay. En de film. (Dat komt eraan, beloofd.)

Het probleem? De held komt nooit aan zijn einde. En wij wel

Wallace schrijft óók dat, doordat televisie (en commerciële film en reclame) zo’n grote rol is gaan spelen in ons leven, we steeds vaker de rol van publiek aannemen: iedere dag maken we deel uit van wat hij ‘the great Audience’ noemt. En wat televisie moet doen, is ons, het publiek, pleasen. Dat doet ze met een held. Een held waarmee we ons gemakkelijk kunnen identificeren. Daardoor worden verhalen steeds beperkter, want de held overwint alles: gevaar, geweld, en de mogelijkheid van de dood. ‘We’re each the hero of our own drama, others around us remanded to supporting roles or (increasingly) audience status.’ We worden allen geconditioneerd om dit narratief te incorporeren, onszelf als held te zien, en andere mensen als supporting roles, figuranten, of het publiek. Het probleem? De held komt nooit aan zijn einde. En wij wel.

Sorry dat ik erover begin, maar ja. Het is wel zo, we gaan op een gegeven moment dood. Entertainment probeert ons dat te doen vergeten. Wallace schrijft: ‘If we forget how to die, we’re going to forget how to live.

In Dolor y gloria speelt Antonio Banderas Salvador Mallo, een filmregisseur op leeftijd. Zijn carrière is op zijn retour, net als zijn gezondheid. De film wijdt een infographic aan alle soorten pijn die hij voelt en hoe hij op die manier zijn lichaam leert kennen. Mallo heeft besloten zijn werk de rug toe te keren, met pensioen te gaan, want hij wordt oud. Of: hij is al oud, en hij is, zoals hij het zelf verwoordt, ‘al een tijd geleden van [zijn] voetstuk gevallen.’

Dolor y gloria gaat over dat proces, over de dingen in zijn leven waar Mallo spijt van heeft en die hij probeert recht te zetten (zijn vriendschappen, de liefde), de dingen waarop hij reflecteert (zijn jeugd, zijn relatie met zijn moeder). De manier waarop hij dat doet? Door er een toneelstuk over te maken, of een film, of een monoloog, of gewoon een tekst in een Word-document dat op het bureaublad van zijn computer zal blijven staan en waar verder niets mee zal gebeuren. Want hoewel hij in eerste instantie schrijven en leven als twee tegengestelde activiteiten ziet (‘Wat ga je nu doen, nu je niet meer schrijft?’ ‘Leven, denk ik’), wordt in Dolor y gloria steeds duidelijker dat ze voor Mallo aan elkaar gelijk staan. Dat, hoezeer hij ook zijn einde probeert te accepteren, hij met schrijven niet zal stoppen.

Almodóvar maakt een film over film maken, schrijft een scenario over schrijven

Almodóvar maakt met Dolor y gloria een film over film maken, schrijft een scenario over schrijven. Ik zit in het filmtheater naar een scherm te kijken waarop een leeg filmdoek te zien is dat boven een lege toneelvloer hangt waarop een acteur acteert dat hij een acteur is. Het appartement van Salvador Mallo is het appartement van Pedro Almodóvar. Door deze opeenstapeling van reflectie laat Almodóvar zien hoe het kan voelen om ouder te worden (in dit geval: zo slecht dat je er heroïne van gaat roken, maar dat is slechts één van de mogelijkheden). Hij laat zien hoe iemand terugkijkt op zijn leven, als al zo veel is gebeurd. De held gaat nu wél, in ieder geval ooit een keer, dood.

Ik zit in de zaal, ik ben onderdeel van the great Audience, dat schudt je niet zo makkelijk van je af, maar deze film doet me niet meer zo conspicuously young voelen.

Mijn planten gaan dood, misschien moet ik dat omarmen, misschien moet ik bestuderen hoe ze precies aan hun einde komen. Of misschien moet ik ze beter in leven houden, beter mijn best doen, bedenken dat het leven water nodig heeft en voeding en gerichte aandacht en dat soort dingen. Dat ook dat tijd kost, dat ook daar geen trucjes voor zijn. Wallace zegt: entertainers can divert and engage and maybe even console; only artists can transfigure. Ik vond het eigenlijk een pretentieuze zin aan het einde van zijn essay, maar er zit wel wat in.

Fien

Fien Veldman (1990) schrijft zowel fictie als essays. Als een film de Bechdel-test niet passeert is ‘ie waarschijnlijk niet aan haar besteed.

Gerelateerde artikelen